Column: Bronzen Willem
Auteur
Ross

De laatste keer dat we officieel bij hem op bezoek gingen was in 2014, toen het kampioenschap van de eerste divisie werd gevierd. Sindsdien kijkt koning Willem II uit over de Heuvel, wachtend op het volgende sportieve succes van de club die zijn naam draagt. In mei zou het zomaar weer eens zover kunnen zijn.    



De vier bronzen vrouwen die hem omringen houden hem dag en nacht in de gaten. Geen wonder dat onze Willem wel weer eens toe is aan een voetbalfeestje. Hij werd gegoten in Parijs en kwam in 1854 per stoomschip aan in Nederland. Vijf jaar na het overlijden van koning Willem II kreeg zijn standbeeld een plek op het Buitenhof in Den Haag. Toen daar in 1922 over een nieuw beeld werd gesproken, zag de gemeente Tilburg haar kans schoon. Voor duizend gulden werd Willem II getransfereerd naar de stad waar hij vrij ademde en zich gelukkig voelde. Demontage, vervoer en installatie kostten de gemeente nog eens zevenduizend gulden.



Toch is het, achteraf gezien, een koopje geweest. Het landskampioenschap van 1916 mag hij dan gemist hebben, vanaf 1924 was bronzen Willem er altijd bij als de Tricolores wat te vieren hadden. Of het nou een landstitel, bekerwinst, promotie of Europees voetbal was. Sinds zijn komst heeft hij op meerdere plekken gestaan. Hij begon aan de zuidkant, in het verlengde van Heuvelstraat en Korte Heuvel. Ten tijde van de selectiefoto van 1961 – 1962 was er een parkje om hem heen aangelegd. In 1996 werd hij omgedraaid zodat hij met zijn neus naar het Tilburgse volk stond. Zijn laatste verhuizing was in 2009, toen hij naar de noordzijde verkaste. Daar werd hij onlangs, op donderdagavond 28 februari, aangenaam verrast.



Vanaf zijn voetstuk had hij prima zicht op de spelersbus die, op weg naar de halve bekerfinale tegen AZ, door de Willem II-supporters werd getrakteerd op een prachtig onthaal en ‘We zijn voor niemand bang’. Het resultaat is bekend. Op 5 mei speelt Willem II de bekerfinale en in de competitie zijn we ook nog in de race voor Europees voetbal. Van ongeduld popelt de bronzen koning de bouten al bijna uit zijn sokkel.          

Bericht delen